Boerderij Blauwbörgje, het Barbizon van de schilders van de PloegBoerderij Blauwbörgje, het Barbizon van de schilders van de Ploeg

Boerderij Blauwbörgje, het Barbizon van de schilders van de Ploeg

Bert Bruning6 maanden geleden

‘Als ik aan blauwborgje denk, zie ik bloeiende hagedoorn en fluitekruid, ik hoor weer de noorderwind door het dichte struikgewas van de haag iepen die dwars door de dijk zijn gegroeid: ze houden de brokkelige klei nog juist bij elkaar. Ik zie de geweldige wilgen weer voor me, die zo beschermend over het oude witte huisje hingen.’

Johan Dijkstra– Herinneringen aan ’t Blauwborgje

Johan Dijkstra, Jan Altink, Jan Wiegers, George Martens en Alida Pott waren jonge Groninger schilders die in de jaren 10 van de 20e eeuw vonden dat het kunstklimaat in het Noorden opgeschud moest worden. Zij zochten meer mogelijkheden om te exposeren en Groningen en de Ommelanden meer te betrekken bij de moderne kunst. Zij richtten een vereniging op om de onderlinge contacten uit te breiden, gezamenlijk hun schilderstijl te ontwikkelen en hun werk te promoten. De naam ontsproot uit het brein van Jan Altink, hij vond dat er in Groningen op kunstgebied heel wat te ontginnen was: ‘De Ploeg’ moest erdoor. De vereniging werd opgericht in 1918.

De ploegleden trokken vaak naar buiten om daar samen te werken, vooral in de zomermaanden. Een geliefde plek daarvoor was Blauwbörgje, even ten noorden van de stad. Terugkijkend heeft Johan Dijkstra hierover geschreven: ‘Als je de Moesstraat uitreed naar het noorden stond je plotseling, zonder overgang, in de ongerepte ruimten van de Paddepoel. Er stonden aan het Reitdiep twee boerderijtjes in een schilderachtige omgeving van oude bomen, wild struikgewas en een besloten hof. We kunnen wel zeggen dat daar de jonge Groningse schilderkunst is geboren.’ Met de bewoners hadden de schilders goed contact. ‘Vrouw Schuitema zette vaak koffie en bakte pannenkoeken.’ Later heeft Dijkstra deze plek weleens 'het Barbizon van Groningen' genoemd.

Thuisboerderij van de Groninger Ploeg

Thuisboerderij van de Groninger Ploeg

De leden van de Ploeg koesterden het Blauwborgje. Ze kwamen er samen en inspireerden elkaar. Ze schilderden de natuur en het boerenleven, vaak ‘en plein air.’ Het Blauwborgje was een belangrijke plek voor de Ploegleden. De uitwisseling met de andere leden, de ruimte en het licht van het platteland en het werk op het boerenland leiden gaven ze ruimte om te experimenteren en hun stijl te ontwikkelen.

In de jaren na de oorlog hebben de boerderijtjes verschillende functies gehad, onder andere heeft een scouting vereniging er gebruik van gemaakt. In 1977 zijn de boerderijen afgebroken. Nu staat op deze plek het Zernike complex; een van de straatnamen verwijst nog naar het Blauwborgje.

Bruning Heintz presenteert een drietal prachtige werken van Ploeg oprichter Jan Altink met zijn geliefde Blauwbörgje als onderwerp: een stemmige winter uit 1935, een intiem werk van een plekje in de tuin (aan twee kanten geschilderd) en een lyrisch zomers werk uit 1942.

Tags


Aanbevolen kunststof